“Met de invoering van één Europese gezamenlijke munt zou de kans op oorlog in Europa vrijwel nihil worden”. Dat waren de woorden die door de Europese leiders werden uitgesproken toen zij in de beginfase van de plannen om één gezamenlijke Europese munt te willen invoeren, de Europese bevolking trachtten enthousiast te maken. Per 1 januari 2002 werd de euro wettig betaalmiddel in 17 landen van de Europese Unie. Aanvankelijk was de koers van de euro ten opzichte van de dollar een blamage voor Europese politieke leiders en noteerde € 1,00 op het dieptepunt $ 0,82. Toen de euro echter na 1 januari 2002 ook door de bevolking als wettig betaalmiddel ging functioneren ging de koers ervan gestaag omhoog. De opmars van de euro resulteerde in maart 2008 tot de hoogste koers ooit. Toen moest voor € 1,00 euro $ 1,59 betaald worden. De Europeanen konden hun geluk niet op met de nieuwe munt. Door de banken werden de euro’s uitgestrooid over de Europese bevolking als was het strooigoed van Sinterklaas. De ene lening werd bovenop de andere gestapeld, alsof je met lenen alléén maar geld kon verdienen en niets kon verliezen. Dit deden niet alleen de burgers, ook overheden staken zich tot de nek in de schulden alsof deze nooit terugbetaald hoefden te worden.
Crises
Toen brak de financiële crisis uit in 2008, waardoor het internationale monetaire systeem in elkaar dreigde te storten en banken gered moesten worden van de ondergang. Overheden hebben zich daarop nog dieper in de schulden moeten steken om hun banken overeind te houden en dat veroorzaakte weer een nieuwe crisis, de schuldencrisis. Ierland, Portugal en Griekenland waren de landen die het eerst in de problemen kwamen en moesten een beroep doen op de EU, ECB en het IMF voor noodsteun. Later kwamen landen als Spanje, Italië en Frankrijk in financieel zwaar weer terecht met als laatste climax Cyprus. Toen werd het voor de Europese burger plotseling duidelijk dat er in Brussel een vies spelletje gespeeld werd door de rekeninghouders en spaarders op te laten draaien voor het redden van de banken. De enorme bezuinigingen die de EU, ECB en het IMF aan de Europese bevolking oplegden deed de bestedingsruimte voor teveel mensen zodanig afnemen dat grote delen ervan momenteel zijn teruggevallen tot de armoedegrens.
Scheuring
Deze opeenvolgende crises brachten pijnlijk duidelijk aan het licht dat er een scheuring binnen de Europese Unie was opgetreden. De welvaart in Noord-Europa had een totaal andere oorzaak dan die van Zuid-Europa. De welvaartsgroei in de Noord-Europese landen was tot stand gekomen door economische activiteiten en de opbrengsten ervan, terwijl de welvaart in de Zuid-Europese landen kunstmatig tot stand kwam door het onverantwoord ophogen van de lonen en het strooien met overheidssubsidies, zonder rekening te houden met concurrentieposities ten opzichte van andere landen. Simpel gesproken: Noord-Europa werkte zich uit de naad en Zuid-Europa hield zijn hand op. Dat de Europese Commissie dit niet al vèr voor het uitbreken van de crisis heeft geconstateerd is hen zéér kwalijk te nemen en toont aan hoe belabberd hun kwaliteiten zijn.
Intussen zitten we met de gebakken peren en wijzen de zuidelijke lidstaten de noordelijke aan als zijnde verantwoordelijk voor hun misère. Berlusconi heeft een aantal malen Noord-Europese vertegenwoordigers vergeleken met nazi-figuren. In Griekenland kan men het bloed van Angela Merkel wel drinken en wordt zij zelfs vergeleken met Adolf Hitler. Ook is in Griekenland de neo-nazistische partij “Gouden dageraad” vertegenwoordigd in het parlement en verzekert zich van steeds meer steun onder de Griekse bevolking omdat zij demonstraties organiseren en buitenlanders de schuld geven van hun ellende. Ook in andere mediterrane landen groeit de onvrede en komt men in opstand tegen het Europese beleid.
Euro boosdoener
Dit alles als gevolg van de euro en de aan de euro gekoppelde Europese Centrale Bank. Devaluatie van de eigen munt is niet meer mogelijk. De schulden hebben inmiddels zo’n omvang aangenomen dat terugbetaling ervan misschien wel decennia gaat duren. In de tussentijd is er nauwelijks verbetering van de leefomstandigheden en koopkracht te verwachten.
Dat dit alles bij elkaar genomen een voedingsbodem voor onlusten en zelfs oorlog kan zijn is in het verleden voldoende bewezen. Oorlogen in Europa zijn om mindere redenen gevoerd.
Uncategorized